Teruel, multicultureel verleden

Het Aragonese stadje Teruel bevindt zich aan de samenvloeiing van twee rivieren, de Guadalaviar en de Alfambra. Het werd al bevolkt in tijden van de Iberiërs, die het 'Turboleta' noemden. Archeologische resten, gevonden in het plaatsje 'Alto Chacón', getuigen daarvan.

Later werd het gebied bezet door de Romeinen en zeer waarschijnlijk door de Moren. Er zijn theorieën, die beweren dat Teruel 'Tirwal' was, een Moorse enclave van rond het jaar 935, wat op de plaats lag waar nu de 'judería', de oude jodenwijk is.

Geschiedenis
Volgens een legende zagen tijdens de officiële stichting van de stad op 1 oktober 1171 enkele wijzen en vooraanstaande lieden van de nederzetting een stier op een hoogte onder een ster staan. Zo ontstond de uiteindelijke naam van Teruel uit de woorden 'toro' (stier) en de naam van de ster, 'Actuel': Toroel en later Toruel. Het mag dan ook niet verwonderen dat in het wapen van de stad een stier zowel als een ster te zien zijn. Wat zeker is is dat koning Alfonso II van Aragón het strategisch gelegen Tirwal innam om het te gebruiken ter verdediging tegen de dreiging van de Almohaden van Valencia. Zo werd uiteindelijk de stad Teruel langzamerhand herbevolkt. Vanuit Teruel en met behulp van diens bewoners werd uiteindelijk in het jaar 1347 onder koning Pedro IV van Aragón Valencia op de Moren veroverd.

Tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog (1808-1814) kwam Teruel in opstand tegen de Franse bezetting, maar werd het enkele maanden later weer ingenomen door de maarschalk Suchet, die het tot 1813 onder controle zou houden. De open plekken bij het Seminarium en 'Plaza de Óvalo' herinneren aan de vernielingen die de Fransen er aanrichtten.

Aan het begin van de Spaanse burgeroorlog werd Teruel vrijwel meteen door de rebellen ingenomen en lag het lang aan het front met gebieden die de republikeinen lang in handen hadden. Dat leverde de beroemde Slag bij Teruel op, van 15 december 1837 tot 22 februari 1938. Uiteindelijk werd die door de republikeinen verloren. Dit was de eerste slag waarbij Duitse Ju 87 Stuka vliegtuigen werden gebruikt.

Bezienswaardigheden
- De mudéjar kunst, die overal in Teruel is te zien, herinnert aan het rijke multiculturele verleden van de stad. Hoogtepunten van deze stijl zijn o.a. de kerk van Santa María, de kathedraal van het bisdom van Teruel en de torens van El Salvador, San Martín en San Pedro.
- Vanaf de 'Mirador de Los Mansuetos', aan de camino de Santa Bárbara, is een panoramisch uitzicht over de stad.
- In het 'Mausoleo de los Amantes de Teruel', het mausoleum van de beroemde Geliefden van Teruel is het praalgraf van de twaalfde eeuwse geliefden, Juan de Marcilla en Isabel de Segura, te zien. Volgens de legende waren de ouders van Isabel ertegen dat hun dochter met een arme man als Juan trouwde. Daarom gaven ze hem de kans om in een bepaald tijdbestek rijk te worden. Deze trok daarop naar de oorlog en kwam terug nadat het afgesproken tijdbestek was verstreken. Isabel bleek reeds getrouwd met de broer van de heer van 'Albarracín'. Desondanks zocht Juan Isabel in haar huis op en vroeg haar om een kus. Ze weigerde hem die echter en niet lang daarna stierf de jongeman van smart. Tijdens zijn begrafenis kwam een onbekende vrouw in het zwart naar de doodskist, kuste de dode en viel daarna dood op de grond. Het was Isabel, die haar geliefde de kus had willen geven die ze hem bij leven ontzegd had.
- Het paleontologische centrum Dinópolis is een thematisch park rondom dinosaurussen.
- Plaza del Torico (zie foto helemaal boven)